Ik had al een paar keer gezangen
gehoord in ons resort. Maar niet altijd hetzelfde. De ene keer was
het iets in de trant van “salaaaaaaaa”, maar dan 100den keer na
elkaar door een luidspreker, de andere keer was het dan het monotone
gezoem van tientallen monniken die aan het bidden waren.
Gisteren zijn we dan even gaan piepen
in die tempel naast de deur van ons resortje. Daar lag een
buddhistische tempel. Een tiental minuten wandelen van aan de
receptie tot aan de weg en dan de helft van het golfterrein af langs
de grote weg tot aan de ingang. Niets aan de hand behalve war
prikkeldraad, dachten we... Opeens schoot vanuit een commandopost
naast de ingang een piepjong manneke op ons af met om zijn nek een
mitrailleur en aan zijn gordel 2 pistolen. Mitrailleur in de aanslag
stap per stap kwam hij dichter. Wat kwamen we daar doen? Ton zegt
heel cool “de tempel bekijken en tonen aan deze falang”. Oops dat
was een rare reden om een “Wat” binnen te gaan... Zijn gezicht
vertrok. “Id card”.. En toen ton zijn ID kaart had afgegeven
mochten we binnen. Tja eens binnen werd ons duidelijk waarom. Er was
een grote commandopost opgesteld rond de tempel met tientallen
ruimtes, afgesloten met een soort zwarte gaas. Er liepen een
twintigtal soldaten rond die we konden zien bewegen achter de gaas.
Dan hoefde het bezoeken van de tempel voor ons ook niet meer. Het
piepke van aan de ingang was ondertussen verdwenen met Ton zijn
identiteitskaart. Waarschijnlijk naar zijn moeder overste. We hebben
daar nog een 5-tal minuten moeten wachten eer de kaart terug bij de
rechtmatige eigenaar was en we zijn heeeeeel snel terug naar ons
kamer gelopen.
Echt sympathiek waren ze niet. Zeker
niet zo als “New”, de soldaat met wie ik op het feestje 2 uur heb
zitten kletsen op het feest. Maar hij zei het wel: Normale mensen
komen niet naar hier al soldaat, ze missen allemaal wel een vijs of
twee.